Borstkanker in Nederland op eerste plaats
De laatste jaren is het aantal nieuwe gevallen van borstkanker toegenomen. De Commissie ziet hiervoor twee redenen. Vrouwen krijgen later kinderen en minder dan vroeger. Bovendien is er een inhaaleffect doordat bij het bevolkingsonderzoek borsttumoren worden ontdekt, die anders pas later aan het licht zouden zijn gekomen.
De Signaleringscommissie Kanker is evenals de Gezondheidsraad van mening dat het nut van deelname aan bevolkingsonderzoek op borstkanker voor vrouwen onder de 50 jaar nog niet wetenschappelijk is bewezen. Het komt bij vrouwen beneden de 50 relatief vaak voor dat op de röntgenfoto's een mogelijk kwaadaardige tumor te zien is, die dit achteraf niet blijkt te zijn. Dit leidt tot onnodige ingrepen en een hoge psychische belasting. De Commissie ziet dan ook vooralsnog geen aanleiding de in Nederland gehanteerde leeftijdsgrens van 50 jaar te verlagen.
Volgens de Commissie neemt het risico op borstkanker toe wanneer vrouwen langer dan vijf jaar middelen gebruiken tegen overgangsklachten. Het verhoogde risico dient te worden afgewogen tegen de positieve effecten van deze middelen. Dat hormoonachtige stoffen in het milieu het risico op borstkanker verhogen, is volgens de Commissie niet wetenschappelijk aangetoond.
Volgens de Commissie zijn er steeds meer aanwijzingen dat lichaamsbeweging een beschermend effect heeft op het ontstaan van dikke darmkanker en waarschijnlijk ook borstkanker.