Okselklieren bestralen net zo veilig als operatief verwijderen
Borstkankerpatiënten die voor een uitzaaiing in de okselklier bestraald worden, hebben even veel kans op terugkeer van de ziekte als bij het operatief verwijderen van de klier. De kans op bijwerkingen is na bestraling echter lager dan na een operatie. Dit blijkt uit een grote internationale studie van de European Organisation for Research and Treatment of Cancer (EORTC).
Eerste lymfeklier verwijderd
Bij borstkankerpatiënten is de standaardprocedure om ook de eerste lymfeklier (schildwachtklier) waarheen een tumor via de lymfebanen zou kunnen uitzaaien, te verwijderen. Deze wordt vervolgens onderzocht op tumorcellen. Als er meer dan enkele tumorcellen in deze zogenaamde schildwachtklier worden gevonden, is er kans op meer uitzaaiingen. Standaard worden dan de overige lymfklieren in de oksel operatief verwijderd.
Uit onderzoek onder 4800 patiënten blijkt dat 28% van de patiënten last heeft van lymfeoedeem (vochtophopingen onder de oksel) na zo’n operatie. Bij bestraling ligt dit percentage een stuk lager, namelijk 15%. Daarbij is de kans op terugkeer van de ziekte bij bestraling net zo laag als bij het operatief verwijderen van de okselklieren.
Standaardprocedure
Naar aanleiding van deze resultaten wordt in het Antonie van Leeuwenhoek en het AMC inmiddels standaard bestraling aangeboden aan vrouwen met uitzaaiing in de schildwachtklier.