Hoe gaat chemotherapie bij longkanker in zijn werk?
Tijdens de chemokuur tegen longkanker word je behandeld door een medisch team, wat in ieder geval bestaat uit een medisch oncoloog en een oncologieverpleegkundige. Wanneer de behandeling van longkanker niet alleen uit chemo, maar ook uit een operatie of radiotherapie bestaat, horen daar ook een chirurg en radiotherapeut bij.
Chemotherapie bij een longtumor wordt als systemische behandeling toegepast. Dat wil zeggen dat het door je hele lichaam verspreid wordt. Meestal gebeurt dit met een infuus, waardoor het medicijn direct in je bloed gebracht wordt. Als het infuus moeilijk te prikken is, kan er een speciaal onderhuids reservoir (port-a-cath) worden geplaatst. Dit staat in verbinding met de grote ader in de hals en dient zo de chemokuur toe. Chemotherapie bij longkanker worden ook wel via tabletten (oraal) of injecties toegediend.
Tijdens de chemotherapie kunnen bijwerkingen ontstaan. De meest voorkomende zijn misselijkheid, braken en vermoeidheid. Een chemotherapiemedicijn dat bij longkanker een belangrijke rol speelt is cisplatine. Dit heeft als extra bijwerking nierbeschadigingen. Daarom wordt vóór het toedienen van dit cytostaticum veel vocht toegediend. Zo blijft de nierfunctie intact.
Duur van chemotherapie bij longkanker
De duur van de chemotherapie verschilt per patiënt en toepassing. Hoelang de behandeling van longkanker zal duren, hangt af van verschillende factoren:
- De fase van de ziekte
- Het doel van de behandeling
- De medicijnen
- Je eigen wensen
- Hoe je op de behandeling reageert
Laatst bijgewerkt op 8 mei 2018