Hoe gaat chemotherapie in zijn werk?
De medicijnen bij chemotherapie zijn in principe giftige, celdodende stoffen. Deze medicijnen noem je ook wel cytostatica of cytotoxica. Ze werken vooral op cellen die zich snel delen. Kankercellen hebben deze eigenschappen, waardoor cytostatica en cytotoxica zeer geschikt zijn in de behandeling van kanker.
Hoe werken cytostatica?
Elk cytostaticum werkt op een andere manier. Sommige beïnvloeden het DNA van de cel, waardoor de stofwisseling in de cel verstoord raakt en de cel sterft. Andere remmen de celdeling.
Chemotherapie bestaat meestal uit een combinatie van verschillende cytostatica en/of cytotoxica. Deze combinatie versterkt vaak de werking van de afzonderlijke medicijnen. In sommige gevallen kun je ook chemotherapie met één cytostaticum krijgen.
Wat is een chemokuur?
Chemotherapie krijg je meestal als een chemokuur, wat betekent dat je een periode medicijnen krijgt en daarna een periode niet. Een chemokuur krijg je meestal een aantal keer achter elkaar. De pauze tussen de periodes waarin je medicijnen krijgt, geeft de gezonde lichaamscellen de kans om zich te herstellen van eventuele schade.
De toediening van chemotherapie kan tijdens een dagopname (poliklinisch), maar ook tijdens een langer verblijf in het ziekenhuis (klinisch). Dit is afhankelijk van de duur van het toedienen, dat kan variëren van vijf minuten tot een paar dagen. Ook kan je in sommige gevallen de chemotherapie thuis toegediend krijgen.