Na de behandeling van borstkanker
Als je voor borstkanker behandeld bent, betekent dit nog niet dat je ook meteen klaar bent. Er staat je nog een hoop te wachten.
Nacontroles in het ziekenhuis na de behandeling van borstkanker
Na de behandeling van de borstkanker moet je nog vijf tot tien jaar lang regelmatig terug naar het ziekenhuis voor controle. De dokter houdt in de gaten hoe het met je gaat. Zo vraagt hij ook of je nog klachten hebt naar aanleiding van de behandelingen. Sommige klachten zijn misschien met medicijnen of een andere therapie te verhelpen. Daarnaast laat hij ook eens per jaar een mammogram of een echo (of allebei) maken van de gezonde borst. Hierbij wordt gekeken of de borst vrij is van kanker. Als je tussen de controles door klachten krijgt of twijfelt aan je gezondheid, dan kun je altijd terecht bij je huisarts.
Herstel na de behandeling van borstkanker
De behandeling van borstkanker is erg zwaar. Het proces wat je doormaakt zal zowel lichamelijk als psychisch zijn sporen achterlaten. Je hebt daarom ook een flinke periode nodig om te herstellen. Het herstel van borstkanker duurt gemiddeld een jaar. Dat is ongeveer net zo lang als de behandeling meestal duurt. Sommige klachten gaan niet meer over. Bijvoorbeeld de gevolgen of complicaties die je overhoudt aan bestralingen of een operatie. Klachten die erg lang of levenslang aanwezig kunnen blijven zijn bijvoorbeeld vochtophoping in de arm, chronische vermoeidheid en zenuwpijn.
Naast de lichamelijke klachten, krijg je ook emotioneel heel wat te verduren. Je was gezond, maar plotseling krijg je te maken met een dodelijke ziekte. Als de diagnose is gesteld ga je door een achtbaan. Je krijgt allerlei onderzoeken en vervolgens behandeling na behandeling. In die periode is er nog weinig tijd voor verwerking. Bij veel borstkankerpatiënten komt de emotionele verwerking van alles wat je meemaakt pas wanneer de behandelingen voorbij zijn.
Herstelprogramma’s bij borstkanker
In veel regio’s worden speciale herstelprogramma’s aangeboden aan kankerpatiënten. In deze revalidatieprogramma’s wordt aandacht besteed aan zowel lotgenotencontact en praten over wat je hebt meegemaakt als aan lichamelijke oefeningen. Vaak worden deze oefeningen gedaan onder begeleiding van een fysiotherapeut. Voorbeelden van dergelijke revalidatieprogramma’s zijn ‘herstel en balans’ en ‘verder in balans’.