Welke soorten doorbraakpijn bij kanker bestaan er?
Pijn is een algemeen voorkomend symptoom bij kanker. Veel patiënten hebben te maken met achtergrondpijn. Een chronische zeurende pijn die meer dan 12 uur per dag gevoeld wordt. Deze pijn wordt veroorzaakt door de (groeiende) tumor(en), uitzaaiingen, behandelingen en bekomende ziektes of symptomen. Tegen de achtergrond hiervan en dwars door de medicatie heen kan ook doorbraakpijn optreden. Hoe dit ontstaat, is onbekend. Wel kan een bepaalde aanleiding een hevige pijnpiek uitlokken. Op basis daarvan worden dan ook twee soorten doorbraakpijnen onderscheiden, namelijk incidentpijn en spontane pijn.
Incidentpijn
Incidentpijn kan bij alle kankerpatiënten voorkomen, maar wordt vooral gezien bij patiënten met uitzaaiingen in de botten. De aanleiding voor deze vorm van doorbraakpijn is vaak een activiteit van de patiënt of van zijn omgeving. Op bed of onder de douche gewassen worden is hier een voorbeeld van. Dit is namelijk zeer inspannend: op bed moet je je in allerlei posities draaien om verzorgd te worden, terwijl bij het douchen het uit bed stappen één van de grootste obstakels is. Andere activiteiten die voor een pijnprikkel kunnen zorgen zijn:
- Lopen.
- Uit bed stappen.
- Draaien in bed.
- Verzorgen van de wonden.
- Diep zuchten.
- Hoesten.
- Slikken.
- Winden laten.
- Naar de wc gaan.
Om de doorbraakpijn te vermijden ben je als patiënt geneigd al deze handelingen zoveel mogelijk te beperken. Maar dit is natuurlijk bijna niet mogelijk, omdat het vooral noodzakelijke handelingen betreft. Alleen bij de verzorging van wonden en wassen kan op de pijn geanticipeerd worden door preventief pijnstillende medicijnen te nemen.
Spontane pijn
Dit type doorbraakpijn is eigenlijk een restcategorie: hiertoe worden alle hevige pijnen die plotseling optreden gerekend. Zelfs als je rustig op bed ligt, kan de pijn optreden; er is geen directe aanleiding. Je kunt hierdoor ook niet op de pijn anticiperen door bijvoorbeeld op voorhand extra medicijnen in te nemen.
End-of-dose pijn
Overigens kan er ook extra pijn optreden als je tussen twee doses van pijnbestrijding inzit. De nieuwe dosis moet nog toegediend worden of de oude dosis geeft te weinig werkzame stof af. Dit wordt end-of-dose pijn genoemd en is geen doorbraakpijn, maar veel kankerpatiënten hebben hier wel mee te maken. Bij 29% van de patiënten treedt de pijn uitsluitend op aan het einde van de dosisinterval.