Welke complicaties kunnen optreden na het plaatsen van een heupprothese?
Ondanks dat het een zeer frequent uitgevoerde operatie is, kan het plaatsen van een heupprothese leiden tot complicaties. De meeste voorkomende complicaties zijn:
- Bloeduitstorting. Rondom de wond kan zich een grote blauwe plek vormen.
- Infectie.Net als bij ieder andere operatie kun je een infectie oplopen. Om de kans hierop te verkleinen krijg je tijdens de operatie een antibioticum.
- Uit de kom schieten. Ook bij een nieuwe heup blijft de kans bestaan dat de heup uit de kom schiet bij een onverwachte beweging of val. De eerste zes weken na de operatie is deze kans hierop het grootst.
- Verkalking. Rondom het nieuwe gewricht kan zich kalk afzetten. Door deze verkalking kun je stijver worden en minder soepel bewegen. Om het afzetten van kalk tegen te gaan krijg je medicijnen totdat je het ziekenhuis moet verlaten.
- Trombose. Dit is het grootste gevaar bij een heupoperatie. Na de ingreep ben je vaak nog een beetje angstig om je geopereerde been te bewegen. Een gebrek aan beweging kan een stolsel in je bloedvat veroorzaken, ook wel trombose genoemd. Zo’n bloedstolsel kan losraken en bijvoorbeeld je longen terecht komen. Dit is erg gevaarlijk. Om trombose te voorkomen moet je na de operatie jezelf zes weken lang inspuiten met een medicijn.Ook kan het nodig zijn om tijdelijk een steunkous te dragen.
- Loslating. Hoewel het heel zeldzaam is, kan een kunstheup loslaten. Overgewicht vergroot de kans hierop. Als de kunstheup heeft losgelaten, is het mogelijk om de prothese te vervangen.
- Zenuwstelsel. De kans is heel klein, maar tijdens de operatie kan een zenuw beschadigd raken. Hierdoor kan zenuwletsel ontstaan, wat zich bijvoorbeeld uit in een klapvoet.
- Breuk dijbeenhals. Bij de resurfacingmethode wordt de kop niet vervangen. Deze wordt alleen bijgeschaafd waarna er een prothese overheen geplaatst wordt. Hierdoor blijft de kans bestaan dat je bij een val de heupkop breekt.
- Verschil in beenlengte. Na de heupoperatie kan het zijn dat je geopereerde been langer of korter is dan je andere been. Bij een beenlengteverschil van twee centimeter kun je klachten met lopen krijgen. Met een inlegzooltje in je schoen of een aangepaste schoen kan dit verholpen worden.
- Doorligplekken. Om zwellingen in je been tegen te gaan zul je met je been iets omhoog moeten liggen. Hierbij wordt je hiel en zitvlak zwaar belast. Door de constante druk hierop kunnen gemakkelijk doorligplekken ontstaan.