© 2024 solvo B.V.

Wat gebeurt er na plaatsing hartritmemonitor?

Na de plaatsing van de hartritmemonitor brengt de verpleegkundige je terug naar de kamer. Hier controleert hij of zij de bloeddruk, hartslag en de wond. De wond kan wat gevoelig zijn of pijn doen. Je kunt hier pijnstilling voor krijgen. Ook komt een hartfunctiemedewerker langs om de loop recorder in te stellen. Hij of zij geeft je tevens uitleg over de werking van de afstandsbediening. Samen met de hartfunctiemedewerker oefen je hoe je de afstandsbediening kunt gebruiken. Na deze uitleg én als je je goed voelt, mag je naar huis.

Gebruik van de afstandsbediening

Gebruik de afstandsbediening als je klachten hebt, zoals hartkloppingen, duizeligheid, licht in het hoofd voelen of flauwvallen. Omdat deze klachten op elk moment kunnen optreden, is het belangrijk om de afstandsbediening altijd bij je te hebben. Op het moment dat één van deze klachten zich voordoet, moet je stap voor stap het volgende doen:

  1. Leg de afstandsbediening plat op de borst (op de huid of kleding), precies op het geïmplanteerde apparaatje.
  2. Druk eenmaal op de knop.
  3. Haal daarna meteen de afstandsbediening van de borst en kijk of het lampje groen knippert. Een knipperend groen lampje betekent dat de opname gelukt is. Brandt het lampje niet, probeer dan opnieuw een opname te maken. Lukt het weer niet, neem dan contact op met de afdeling cardiologie.

De stappen kunnen enigszins verschillen per specifiek merk of soort loop recorder.

Let op!

De hartritmemonitor heeft een beperkte opslagruimte. Heb je vaak of langdurig last van klachten, dan is het dus noodzakelijk om regelmatig contact op te nemen met het ziekenhuis. De loop recorder zal dan worden uitgelezen. Sommige hartritmemonitors verzenden automatisch de opgeslagen gegevens naar het ziekenhuis via een extern apparaat. Daar verbindt de monitor bijvoorbeeld ’s nachts mee. In dat geval hoef je dus niet speciaal naar het ziekenhuis om de loop recorder uit te laten lezen. Je arts zal je informeren over het gebruik van jouw specifieke hartritmemonitor.

Vervolgafspraken

De implanteerbare hartritmemonitor moet regelmatig gecontroleerd worden. Bij het verlaten van het ziekenhuis maakt de verpleegkundige een afspraak met je voor het verwijderen van de hechtingen, het controleren en eventueel uitlezen van de monitor. Als er geen afwijkende hartritmes worden gezien, wordt de hartritmemonitor er meestal na drie jaar uitgehaald, de batterij is dan leeg. De monitor kan ook eerder verwijderd worden als er een diagnose is gesteld. Dit is per persoon verschillend.

Laatst bijgewerkt op 18 oktober 2018


Deze tekst is goedgekeurd door Z. Bodalal, arts-onderzoeker bij Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis

Gerelateerde informatie


Meld je aan voor de nieuwsbrief

Wil jij meer informatie over medicijnen, onderzoeken en
behandelingen ontvangen? Schrijf je dan in en krijg maandelijks de nieuwsbrief.

Ziekenhuis.nl gebruikt cookies. Lees hier onze Privacy- en cookieverklaring.

Cookies

Ziekenhuis

Om je een informatieve en prettige online ervaring te bieden, maken Ziekenhuis.nl (onderdeel van solvo b.v.) en derden gebruik van verschillende soorten cookies. Hieronder vallen functionele, analytische en persoonlijke cookies. Met deze cookies kunnen we de werking van onze website verbeteren en je van gepersonaliseerde advertenties voorzien. Door op ‘Akkoord en doorgaan’ te klikken, gaat u akkoord met het plaatsen van alle cookies zoals omschreven in onze privacy- & cookieverklaring.

Cookievoorkeuren

Je kunt hieronder toestemming geven voor het plaatsen van persoonlijke cookies. Met deze cookies houden wij en onze partners je gedrag op onze website bij met als doel je persoonlijke advertenties te tonen en onze website te optimaliseren.

Selecteer welke cookies je wil accepteren