Diagnose van een TIA
TIA's geven geen blijvende verschijnselen, waardoor het moeilijk kan zijn om vast te stellen of je inderdaad een TIA hebt gehad. Het komt er immers op aan dat de arts uit je verhaal kan afleiden dat er een TIA is geweest. Als je verlammingen hebt gehad kun je dat vaak wel duidelijk vertellen. Maar bijvoorbeeld evenwichtsstoornissen zijn zelden TIA's en kunnen op veel andere aandoeningen wijzen.
Spoedige diagnose belangrijk om beroerte te voorkomen
Omdat TIA's niet alleen voorboden kunnen zijn van een herseninfarct maar bovendien de oorzaken van een TIA en een herseninfarct dezelfde zijn, is verwijzing naar een neuroloog belangrijk. Anders gezegd: door de oorzaken van een TIA op tijd te onderkennen en te behandelen kan een herseninfarct worden voorkomen. De huisarts kan al wel je bloeddruk meten en het hart en de halsslagaders beluisteren met een stethoscoop.
Na verwijzing naar een neuroloog zal deze om te beginnen nog eens naar je verhaal luisteren, omdat dit zoals gezegd essentieel is voor het stellen van de diagnose TIA. Waarschijnlijk wordt ook scan-onderzoek (CT of MRI) van de hersenen gedaan. Soms worden namelijk toch littekentjes (kleine infarcten) gevonden ondanks het feit dat de klachten na een TIA weer snel verdwijnen. Ook kan met echografie (zogenoemd Duplexonderzoek) de ernst van een eventuele vernauwing in de halsslagaders worden vastgesteld. Als de halsslagaders ernstig vernauwd zijn kan een angiografie van het hoofd en de hals nodig zijn. Aan de hand van dit inwendige bloedvatonderzoek wordt dan beslist of een vaatoperatie aan de halsslagaders noodzakelijk is. Ten slotte kan de neuroloog onderzoek naar hartproblemen doen en zo nodig verwijzen naar een cardioloog.