© 2024 solvo B.V.

Hoe word je in het ziekenhuis gewassen?

Het wassen van patiënten is een belangrijke, dagelijkse handeling in de zorg en daarom wordt er ook veel tijd aan besteed. Het vormt voor de verpleegkundige een belangrijk contactmoment. Verpleegkundigen kunnen daarbij (onbewuste) signalen oppikken over hoe het met de patiënt gaat. 

In het ziekenhuis wordt een patiënt meestal ’s ochtends gewassen. In de meest gunstige situatie wordt samen met de patiënt het tijdstip bepaald wanneer hij gewassen wordt. De verpleegkundige geeft dan aan hoe laat ze de patiënt wilt wassen en die kan aangeven of hij dit een geschikt tijdstip vindt. Helaas blijkt deze afstemming in de praktijk niet altijd haalbaar te zijn.

Of de patiënt in de douche, aan de wastafel of op bed wordt gewassen, is afhankelijk van zijn mobiliteit, de hoeveelheid pijn en andere factoren. Bedlegerige patiënten zijn niet in staat om zichzelf te wassen en daarom zal de lichaamswassing op bed plaatsvinden. Patiënten die nog wel op eigen kracht kunnen staan, kunnen zich onder de douche of aan de wastafel wassen. Ze kunnen hierbij hulp krijgen van één of meerdere verpleegkundigen.

Wassen op bed

Bij een traditionele lichaamswassing op bed is meestal één, maar soms zijn ook twee verpleegkundigen betrokken.  Alle benodigde materialen  worden naar de kamer verplaatst. Hier moet alles minimaal in tweevoud aanwezig zijn in verband met de hygiëne. Dus: twee waskommen met water, twee washandjes en twee handdoeken. Verder zorgt de verpleegkundige voor zeep, bodylotion en nieuw bedlinnen, voor het geval het bed nat wordt. Voorafgaand aan de wasbeurt kan de patiënt aangeven welke (slaap)kleding hij eventueel wil dragen en of het water op de juiste temperatuur is. Om de privacy te waarborgen zal de verpleegkundige deuren sluiten en gordijnen dicht doen.

Vervolgens wordt het lichaam meestal in vier handelingen gewassen: inzepen, afspoelen, afdrogen en eventueel insmeren met bodylotion. Deze handelingen vinden per lichaamsdeel na elkaar plaats. De verpleegkundige ontkleedt het bovenlichaam en wast deze doorgaans in de volgende volgorde:

  • Een patiënt wordt in een bepaalde volgorde gewassenGezicht en hals.
  • Armen. De verpleegkundige zal eerst de arm die het verst van haar afligt wassen en afdrogen, daarna pas de dichtstbijzijnde arm.
  • Borstkas, buik en rug. Hierbij moet de patiënt gedraaid en gekeerd worden en dat kost zowel de patiënt als de verpleegkundige veel kracht en energie.

De patiënt krijgt weer bovenkleding aan. Voordat het onderlichaam wordt ontkleed, wordt het water ververst of een nieuwe waskom met water gebruikt en wordt een nieuw washandje klaar gelegd. Over de geslachtsdelen legt de verpleegkundige een handdoek. Daarna gaat ze doorgaans als volgt te werk:

  • Benen. De verpleegkundige maakt het dichtstbijzijnde been als laatste schoon.
  • Geslachtsdelen. Om de billen en penis of vagina schoon te maken gebruikt de verpleegkundige een schoon washandje en nieuw water.

Als de patiënt weer helemaal is aangekleed, helpt de verpleegkundige hem in comfortabele positie en bergt zij haar spullen en zijn (vieze) kleding op.

Wassen aan de wastafel

Wassen aan de wastafel verloopt iets anders dan op bed. Net als bij de lichaamswassing op bed is bij de lichaamswassing aan de wastafel vaak één verpleegkundige betrokken. Zij zorgt ervoor dat alle benodigde spullen bij de wastafel aanwezig zijn. Van een stoel om op te zitten tot antislipmatje en van eigen toiletspullen tot een badmuts. Ook zorgt zij voor minimaal twee handdoeken en washandjes. Het wasproces verloopt doorgaans grotendeels gelijk als bij wassen op bed: eerst maakt zij het gezicht, de hals en armen schoon. Daarna wordt de voorkant en rug gewassen. Dit gaat gemakkelijker dan bij wassen op bed, omdat de patiënt op een krukje zit en alleen maar naar voren hoeft te buigen. Als de patiënt aan de bovenkant weer aangekleed is, wordt de onderkant gewassen. Hiervoor wordt doorgaans een nieuwe washandje gebruikt. Bij het wassen van de penis kan de patiënt blijven zitten, voor het wassen van de vagina en billen moet de patiënt staan. De verpleegkundige kleedt de patiënt weer helemaal aan, waarna zij hem naar de kamer terugbrengt.  

Wassen onder de douche

Het proces van wassen aan de wastafel en onder douche vertoont vele raakvlakken. Grootste verschil is dat er onder de douche wordt gewerkt met stromend water. De patiënt zit op een krukje of staat, terwijl de verpleegkundige hem voorzichtig wast met de douchekop in de hand. Als de patiënt genoeg kracht heeft, niet aan allerlei apparaten gekoppeld is en nauwelijks pijn meer heeft, kan hij ook zelf douchen, zonder hulp van een verpleegkundige. 

Meld je aan voor de nieuwsbrief

Wil jij meer informatie over medicijnen, onderzoeken en
behandelingen ontvangen? Schrijf je dan in en krijg maandelijks de nieuwsbrief.

Ziekenhuis.nl gebruikt cookies. Lees hier onze Privacy- en cookieverklaring.

Cookies

Ziekenhuis

Om je een informatieve en prettige online ervaring te bieden, maken Ziekenhuis.nl (onderdeel van solvo b.v.) en derden gebruik van verschillende soorten cookies. Hieronder vallen functionele, analytische en persoonlijke cookies. Met deze cookies kunnen we de werking van onze website verbeteren en je van gepersonaliseerde advertenties voorzien. Door op ‘Akkoord en doorgaan’ te klikken, gaat u akkoord met het plaatsen van alle cookies zoals omschreven in onze privacy- & cookieverklaring.

Cookievoorkeuren

Je kunt hieronder toestemming geven voor het plaatsen van persoonlijke cookies. Met deze cookies houden wij en onze partners je gedrag op onze website bij met als doel je persoonlijke advertenties te tonen en onze website te optimaliseren.

Selecteer welke cookies je wil accepteren