Geneesmiddeltherapie levercirrose stapje dichterbij
Vaak biedt alleen een levertransplantatie nog soelaas. Geneesmiddelen zijn er wel, maar het is lastig om ze op de plaats van bestemming te krijgen. Daarom zijn ze niet bijster effectief.
De farmaceut Leonie Beljaars vond een manier om selectiviteit van antifibrotische geneesmiddelen te vergroten. Daarmee komt een geneesmiddelentherapie voor levercirrose een stapje dichterbij.
"Wij vroegen ons af of je de effectiviteit van geneesmiddelen kunt verbeteren door ze heel specifiek in de zieke levercel af te leveren", vertelt Beljaars. "Om dat te bereiken zul je het middel moeten koppelen aan een drager-eiwit of carrier. Wanneer de carrier door de zieke cel wordt opgenomen, wordt ook het geneesmiddel mee naar binnen geloodst."
Beljaars richtte haar pijlen vooral op de zogenaamde stellaat cellen. Deze levercellen zijn de belangrijkste producenten van littekenweefsel. De promovendus ontwikkelde drie dragereiwitten die deze stellaatcellen kunnen 'herkennen'. Uit proefdieronderzoek bleek dat ongeveer zestig procent van deze carriers in de lever terecht kwam. Daarvan ging driekwart naar de stellaat cellen.
"Die waarden zijn ook voor de kliniek interessant", concludeert Beljaars. "Het betekent dat je ongeveer de helft van je antifibrotische geneesmiddel op de plek kunt krijgen waar het zijn moet, terwijl een ongebonden geneesmiddel vaak niet of nauwelijks in dit cel type komt."
Novel drug carriers for targeting to hepatic stellate cells: new directions for antifibrotic therapies (mw. E. Beljaars)