Gezondheidsites en hypochondrie
Er zijn twee hoofdpunten: hypochondrie en Internet. Eerst hypochondrie. Er zijn altijd mensen die overbezorgd zijn. Die waren er vroeger, die zijn er nu en die zullen er altijd blijven. Wanneer deze patiënten zich wenden tot de huisarts zal de huisarts pogen hier iets aan te doen.
Hiervoor heeft de huisarts onder andere de beschikking over een zogeheten NHG-Patiëntenbrief, informatie over 'angst voor ernstige ziekten'.
Een ander punt is het zoeken van informatie op Internet. Vroeger moesten mensen boeken kopen of lenen om informatie op te zoeken. Nu is die vrij toegankelijk: op Internet. Het is terecht dat patiënten zich wensen te informeren en laten wij meteen duidelijk zijn: een goed geïnformeerde patiënt is een zegen voor een dokter!
Een probleem vormt de overdaad aan informatie. Er is zoveel te vinden dat het voor patiënten moeilijk is kaf en koren te scheiden. Meldt een patiënt zich bij zijn of haar huisarts, dan kunnen zij samen bekijken wat nuttige informatie is en wat zinloze en wellicht zelfs schadelijke informatie betreft.
Samenvattend:
- Een relatie tussen hypochondrie en Internetsites legt het NHG in het geheel niet.
- Een goed geïnformeerde patiënt is een kostbaar goed.
- Dokter en patiënt kunnen samen goed beoordelen welke informatie nuttig is.