Eerste Nederlandse hersenstamimplantaten bij dove kinderen
In het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC) zijn voor de eerste keer in Nederland hersenstamimplantaten geplaatst bij dove kindjes. De eerste operatie werd verricht bij een meisje van 16 maanden dat werd geboren zonder slakkenhuizen, waardoor een meer gangbare hoorprothese voor haar niet geschikt was. Dankzij haar hersenstamimplantaat reageert zij inmiddels op haar naam en zal ze naar verwachting leren praten. Ook bij een recent geopereerd jongetje zijn de vooruitzichten goed.
Doofheid kan in veel gevallen worden verholpen met een cochleair implantaat (CI). Hiervoor moeten echter het slakkenhuis en de gehoorzenuw goed zijn aangelegd. Bij een klein aantal kinderen blijkt dat niet het geval. Deze kinderen kunnen baat hebben bij een hersenstamimplantaat (auditory brainstem implant, ABI), dat ook het slakkenhuis omzeilt en geluidsinformatie via een elektrode rechtstreeks aan de hersenstam doorgeeft. Deze elektrode is net al bij een CI via een draadje verbonden met een op de schedel aangebrachte microgeluidsontvanger, die draadloos verbonden is met een achter het oor gedragen spraakprocessor. Hierdoor kan het kind leren spraak te verstaan en zelf verstaanbaar te spreken, net als kinderen met een CI.
Het plaatsen van een elektrode op de hersenstam is een techniek die in het LUMC al vijf jaar wordt toegepast bij volwassenen die aan beide zijden een tumor van de evenwichtszenuw (brughoektumor) hebben. Bij deze volwassenen veroorzaakt de tumor schade aan de gehoorzenuw, waardoor toepassing van een CI onmogelijk is. Bij doofgeboren kinderen is toepassing van een hersenstamimplantaat echter nieuw. Bij kinderen is het lastig om het implantaat precies op de goede plaatsen in de hersenstam aan te sluiten voor de juiste toonhoogtebeleving. Maar dat luistert bij jonge kinderen ook iets minder nauw, omdat hun hersenen nog erg plastisch zijn, vertelt prof. Johan Frijns, KNO-arts in het LUMC.