Diagnose en behandeling van leeftijdsgebonden maculadegeneratie
Diagnose van LMD
Voor het vaststellen van LMD test de oogarts eerst je gezichtsscherpte. Verder kan men met een bladzijde met ruitjespatroon testen of er vervormingen of andere afwijkingen in het gezichtsvermogen optreden. Dit wordt de Amslertest genoemd. Deze test is zeer geschikt voor zelfcontrole thuis. Indien je vervormingen waarneemt, dien je binnen een week door een oogarts te worden gezien, zonodig via verwijzing van je huisarts. Na verwijden van de pupil door het indruppelen van de ogen kan de oogarts met een lamp en een vergrootglas het volledige netvlies en in het bijzonder de macula onderzoeken. Dit onderzoek wordt "spiegelen" genoemd. Meestal is aanvullend onderzoek noodzakelijk, zoals bijvoorbeeld Fluorescentie Angiografie.
Wil je meer informatie over Macula degeneratie? Op solvo.nl vind je extra informatie en vind je specialisten op het gebied van deze aandoening.
Behandeling van LMD
De behandeling van LMD is meestal alleen maar mogelijk in het vroege stadium van de 'natte' vorm van LMD. Hoewel in een minderheid van de patienten de gezichtsscherpte verbetert, kan toch in de meeste gevallen een stabilisatie van de visus bereikt worden. Met de klassieke laser behandeling worden lekkende bloedvaatjes gedicht en wordt verdergaande bloeding en achteruitgang van gezichtsvermogen voorkomen. Echter, dit kan slechts in een zeer klein aantal patienten, en ook dan is niet te garanderen dat het effect gunstig blijft. Photodynamische therapie (PDT) kan succesvol zijn bij een beperkte groep van patiënten met natte MD. Bij deze therapie worden alleen de lekkende bloedvaten behandeld. De achteruitgang van de gezichtscherpte wordt door deze behandeling afgeremd. De geschiktheid voor deze behandeling wordt bepaald aan de hand van een fluorescentie angiogram. Soms kan voor een combinatie van PDT en vaatgroeiremmende geneesmiddelen (zie verder) gekozen worden. Sinds korte tijd worden, indien er sprake is van de natte vorm, vaatgroeiremmende geneesmiddelen (anti-VEGF) toegediend door middel van een intravitreale injectie. Voorbeelden van anti-VEGF middelen zijn Macugen, Lucentis en Avastin. Door deze middelen stopt het nieuwe vat met lekken en groeien waardoor verdere achteruitgang tegengegaan wordt en, al is het in een minderheid van de gevallen, een verbetering in gezichtsscherpte kan optreden. Er is gebleken dat de injectie minimaal 2-3 keer toegediend moet worden, hierna wordt er alleen indien nodig opnieuw geïnjecteerd. Behandeling van natte MD met radiotherapie is uitgebreid onderzocht. Op korte termijn bleek slechts een beperkte groep LMD patiënten matig gunstig op radiotherapie te reageren. Deze behandeling vindt dan ook nauwelijks meer plaats. Operatieve behandeling van natte LMD lijkt in zeer geselecteerde gevallen een gunstig resultaat te kunnen hebben, maar wordt door het frequent optreden van complicaties nauwelijks meer toegepast.