Het aanleggen van een gipsbroek

De behandelend arts en gipsmeester leggen samen de gipsbroek aan op de gipskamer. Uiteraard kun je hierbij aanwezig zijn. Het aanleggen van de gipsbroek is niet pijnlijk.

De eerste 24 uur nadat de gipsbroek is aangelegd, wordt gekeken of deze goed zit. Vaak mag je kind daarna naar huis. Soms mag je kind dezelfde dag nog naar huis. Een overnachting in het ziekenhuis is dan niet nodig.

Een gipsbroek kan ook op de operatiekamer aangelegd worden. Bijvoorbeeld als een botbreuk tijdens een operatie wordt hersteld. Je kind wordt dan wakker met een gipsbroek. Om de stand in de gipsbroek te contoleren laat de behandelend arts nog een röntgenfoto maken. Als deze goed is en het kind voldoende hersteld is van de behandeling, mag je kind naar huis.  

Je krijgt afspraken mee voor controle op de polikliniek bij de behandelend arts. Ook krijg je een afspraak mee om het gips te vervangen of verwijderen. Afhankelijk van de reden van de gipsbroek, blijft het gips zes weken tot drie maanden zitten.

Omdat je kind in de periode dat het een gipsbroek draagt gewoon doorgroeit, moet het gips soms vervangen worden. Ook als het gips niet lekker meer zit (het knelt bijvoorbeeld) of als er problemen zijn met het gips (het breekt bijvoorbeeld af), is een gipswissel mogelijk. Hiervoor moet je weer naar het ziekenhuis.

Laatst bijgewerkt op 14 november 2018