Gastroscopie
Wat is een gastroscopie?
Bij een gastroscopie bekijkt de arts de binnenzijde van de slokdarm, de maag en het eerste deel van de dunne darm: de twaalfvingerige darm. Hij doet dit met een gastroscoop (ook wel endoscoop genoemd) die hij via uw mond inbrengt. Een gastroscoop is een flexibele slang met een doorsnede van iets minder dan één centimeter, met aan het uiteinde een kleine camera. Het beeld van de camera wordt op een monitor weergegeven. Zo kan de arts in uw maag en uw darmen kijken.
Dit onderzoek wordt gedaan om eventuele afwijkingen in de slokdarm, maag of twaalfvingerige darm op te sporen of deze juist uit te sluiten. Een voorbeeld van een mogelijke afwijking is een maagzweer of een ontsteking.
U hoeft voor het onderzoek niet opgenomen te worden. U meldt zich op de endoscopieafdeling in het ziekenhuis.
Voorbereiding
Vertel van tevoren aan uw arts als u:
- Diabetes mellitus (suikerziekte) heeft. Vraag bij het maken van een afspraak of u ’s morgens vroeg kunt komen voor het onderzoek. U kunt met uw arts overleggen of en hoe u het gebruik van tabletten of de insulinedosering moet aanpassen.
- Bloedverdunners gebruikt. De meeste bloedverdunners kunt u gewoon blijven gebruiken. Met bloedverdunners waarvoor u bij de trombosedienst loopt, moet u soms wel stoppen. Overleg hierover van tevoren met uw arts.
Voorbereiding thuis
- Om ervoor te zorgen dat er geen voedsel meer in uw slokdarm of maag aanwezig is tijdens het onderzoek, is het belangrijk dat u ‘nuchter’ bent. Dit houdt in dat u de avond voor het onderzoek vanaf twaalf uur ’s nachts niet mag eten of drinken.
- Als het onderzoek ’s middags plaatsvindt, mag u ’s ochtends om zeven uur een licht ontbijt gebruiken, bijvoorbeeld twee beschuiten of één boterham. U mag hierbij ook wat drinken, bijvoorbeeld een kop thee.
- Als u medicijnen gebruikt, kunt u deze met een beetje water innemen.
- Doe voordat u naar het ziekenhuis komt geen lippenstift op.
Als u een kunstgebit heeft, doet u dit dan voor het onderzoek uit.