Bijwerkingen en complicaties bij een harttransplantatie
Een harttransplantatie is een zeer risicovolle operatie waar verschillende complicaties bij kunnen optreden. Hieronder staan enkele mogelijke complicaties beschreven.
Complicaties tijdens de harttransplantatie
Tijdens de harttransplantatie kan het voorkomen dat het nieuwe hart niet op gang komt. Verder kan er tijdens de operatie hersenbeschadiging ontstaan of kunnen de nieren tijdelijk niet goed werken door het gebruik van de hart-longmachine. Er is een kans dat je tijdens of vlak na de harttransplantatie komt te overlijden. De kans hierop is ongeveer 5%.
Complicaties na de harttransplantatie
Afstoting van het donorhart is een van de bekendste complicaties die kan optreden. Gelukkig kan tegenwoordig een afstotingsreactie goed onderdrukt en behandeld worden met medicijnen. Doordat je regelmatig op controle gaat, wordt een eventuele afstoting ook snel ontdekt. De meeste afstotingsreacties ontstaan binnen een jaar na de transplantatie, maar daarna kan het ook nog voorkomen.
Een andere complicatie is het ontstaan van infecties. Doordat je medicijnen gebruikt die je afweersysteem onderdrukken (om afstoting te voorkomen), ben je vatbaarder voor infecties. Een bekende infectie die veel transplantatiepatiënten krijgen is het cytomegalivirus (CMV). Het is belangrijk om erg alert te zijn op infecties. De medicijnen die je gebruikt, onderdrukken ook de koortsreactie, dus een lichte verhoging (boven de 38 graden) kan al wijzen op een infectie. De medicijnen die je gebruikt verhogen ook het risico op huidkanker en staar. Het is daarom belangrijk om je huid goed in de gaten te houden voor verdachte plekjes. Ook jaarlijkse controle bij een oogarts is noodzakelijk.
Slagingskans harttransplantatie
De behandelingen na een harttransplantatie worden steeds beter. Tegenwoordig is 70% van de getransplanteerden na 5 jaar nog steeds in leven.